In de encycliek Gaudete et Exsultate (voetnoot 1) schrijft paus Franciscus dat als je moeite hebt om Gods aangezicht te zien dat je het zou moeten zoeken in zijn wonden, want daar zul je barmhartigheid vinden. Ik bad daarom de droevige geheimen (voetnoot 2) en opeens overviel me de realiteit: God bestaat echt. Een realiteit die opeens echt voor me wordt en betekenis krijgt, in plaats van een realiteit die je in de schoolboeken leest en maar voor waar aanneemt.
Voor de reünie van een katholiek tienerkamp mocht ik een lezing geven. Gezien ik geen theoloog ben, baseer ik mij maar op het werk van een encycliek: Gaudete et Exsultate. Een encycliek over de heiligheid waartoe wij allemaal zijn geroepen. Na driekwart van het document gelezen te hebben en het in een PowerPoint presentatie te hebben verwerkt, lees ik een zin die me opvalt. Er staat dat als je het lastig vindt om Gods aangezicht te aanschouwen, je het moest zoeken in zijn wonden, daar zal je barmhartigheid vinden. Dat wil ik wel ervaren en daar zoek ik ook wel naar, want ik vind het lastig om God te erkennen, herkennen en een band met Hem te hebben. Ik wil de droevige geheimen van de rozenkrans bidden, maar plotselinge vermoeidheid overvalt me. Dit ervaar ik als een geestelijke strijd waar ik mij echter niet door zal laten afleiden.
God bestaat echt
Na het derde tientje kom ik niet verder. Opeens overvalt me een gedachte: God bestaat echt…
Ik ben in shock, want God voelt wel heel almachtig. Geen idee wat ik moet doen en denken, geef ik toch maar toe aan de vermoeidheid en slaap eerst een uurtje. Daarna spreek ik erover met een goede vriend.
Wat zeg je tegen zo’n almachtige God?
Ik merk dat ik niet weet hoe ik tegen zo’n almachtige God moet praten. Wat moet ik zeggen? Praten lukt niet, misschien helpt een brief schrijven. Ik schrijf ‘God’. ‘Lieve God’ voelt te gek voor Iemand die ik niet denk te kennen. Het enige wat er uit komt is ‘Wie bent U?’. Een uiterst oprechte vraag. Verder kom ik niet.
Dan maar op oude voet verder
Ik besluit dan toch maar weer te praten tegen Hem zoals ik gewend ben. Anders houdt de communicatie wel heel snel op. De menswording van God fascineert me wel des te meer. Ik snap wel dat Hij mens is geworden, een gelijke aan ons. Ik snap dat Hij in de Communie zo klein wordt, zodat wij Hem kunnen ontvangen. Wat een nederigheid! Mooi om in deze tijd, vlak na Kerst, op die menswording te mogen bezinnen.
In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God.
(Johannes 1, 1)
Voetnoten:
1 Een encycliek is en document wat door een paus wordt geschreven en vaak een reactie is op iets wat in de wereld speelt.
2 Bij het bidden van de rozenkrans kun je bij elk tientje een ‘geheim’ overwegen. Dit is een gebeurtenis in het leven van Jezus, waar je tijdens het bidden van de verschillende weesgegroetjes over na kunt denken om zo dichter tot Jezus te komen. Zie hier alle geheimen van de rozenkrans.