Moeders staan erom bekend dat ze heel fel worden als het gaat om het welzijn van hun kinderen. Niet alleen mensenmoeders … iedereen weet immers dat wanneer er een dier met een jong is, je beter uit de buurt kan blijven. Niemand. Komt. Aan. Mijn. Kinderen. Een moeder doet alles voor haar kind.
Soms op het overdrevene af. Zo hoorde ik laatst op het nieuws dat er een kindje van een voetbalvereniging was geschorst omdat haar ouders tijdens de wedstrijden te fel werden tegen de scheidsrechter of de coach. Of dat ouders boos worden op de leerkracht als hun kind slechte cijfers haalt. Tsja… het zit écht in de ouders gebakken om hun zoon of dochter te beschermen.
In de Bijbel is hier ook een voorbeeld van, namelijk wanneer de moeder van Jakobus en Johannes aan Jezus vraagt om een plekje voor hen naast Zijn troon vrij te houden. Ze verwacht duidelijk een aards koninkrijk, met Jezus als Koning, en ze wil graag de toekomst van haar jongens veilig stellen. Ze ziet gelukkig wel in dat een toekomst dicht bij Jezus een goede toekomst is, en dat is dan ook wat ze voor hen bij Jezus wil bewerkstelligen. Ik zou hetzelfde doen voor mijn kinderen! ‘Alstublieft Heer, mijn kinderen doen zoveel goede dingen. Kunnen ze niet een mooi plekje krijgen, dicht bij U? U kent ze toch? Voor een vriendenprijsje?’
Maar Jezus zegt: ‘Je weet niet wat je vraagt!’ Jezus weet tenslotte dat er op aarde nog geen troon voor Hem is, maar een kruis. En dat kruis op aarde, brengt de troon in de Hemel. Als de moeder dát had geweten, had ze misschien wat beter nagedacht over haar vraag…
Maar weet je wat zo mooi is? Wij, hedendaagse mensen, mogen wél vragen om een plekje heel dicht bij Hem. Voor onszelf, onze kinderen en al onze geliefden. Weet je waarom? Omdat Jezus het Kruis al voor ons heeft gedragen en zo een plekje voor ons in de Hemel heeft bereid.
Deze Bijbelpassage is te vinden in Matteüs 20:20-23.