“Door het doopsel verkrijgt de dopeling de genade gereinigd te worden van alle zonden. Maar de christen moet wel de strijd tegen de verkeerde verlangens van het lichaam en andere
ongeordende begeerten voeren. Dit kan hij alleen maar met Gods genade bereiken. Wij kunnen meewerken door:

  • De deugd en de gave van kuisheid; want de kuisheid stelt in staat met een onverdeeld en zuiver hart te beminnen;
  • De zuiverheid van intentie die het ware doel van de mens beoogt: in alle eenvoud probeert de gelovige in alles de wil van God te ontdekken en te volbrengen;
  • De zuiverheid van blik, uitwendig en inwendig. Door de beheersing van zijn gevoelens en zijn verbeelding, en door te weigeren toe te geven aan enige vorm van welbehagen in onzuivere gedachten, die hem ertoe brengen de wegen van Gods geboden te verlaten: ‘want door de aanblik wordt de begeerte van de dwaas opgewekt’ (Wijsh. 15,5)
  • Het gebed:
    ‘Ik dacht, dat onthouding iets was dat men op eigen krachten kan en van de mijne
    was ik niet zeker; mijn domheid was namelijk zo groot, dat ik niet wist dat niemand in
    staat is zich te onthouden, indien Gij het niet geeft.’ (H. Augustinus, Belijdenissen)”

Nou, hier staat nogal wat! Ik kan het wel vijf keer lezen en steeds haal ik er nieuwe dingen uit! Een paar toelichtingen.

Als we gedoopt worden, mogen we vergeving van de zonden ontvangen. Als je baby bent, kun je natuurlijk nog niet zondigen, maar we worden schoongewassen van onze erfzonde. Die heeft Christus tenslotte voor ons gedragen, dus dat hoeven wij niet meer te doen! Gelukkig maar! De schuld en boete van de erfzonde hoeven wij dus niet meer te dragen. Maar, de gevolgen van de erfzonde zijn nog steeds merkbaar. En dat is een belangrijk verschil. Wij zijn vergeven, dat staat vast. Maar we leven nog steeds in een wereld die niet perfect is, waarin mensen vaak meer aan zichzelf denken dan aan de ander, en bij het alleen aan zichzelf denken, doen ze vaak alsnog niet wat écht goed voor hen is. We denken vaak alleen maar aan ons korte-termijngeluk, zonder goed na te denken over de consequenties. Bijvoorbeeld, we zijn op een verjaardag en er staan drie taarten, die er alle drie erg lekker uit zien. Je weet dat drie stukken taart echt teveel voor je gaat zijn en dat je er buikpijn van gaat krijgen, maar het ziet er zo lekker uit en je wil echt graag proeven. Dus eet je uiteindelijk tóch die drie stukken taart. Op zo’n moment waren je verlangens sterker dan je wil, en heb je toch iets gedaan wat uiteindelijk niet goed voor je was. Dat zijn dus die ‘verkeerde verlangens en ongeordende begeerten’, waartegen we sterk moeten zijn.

Dat is een simpel voorbeeld van een lastige theologische kwestie, maar mijn punt is: we kunnen, ondanks ons doopsel, nog altijd zondigen. Dat is wat de Catechismus hier wil zeggen. Dit zal altijd een lastig punt zijn in ons leven, maar we kunnen iedere dag weer oefenen in het sterken van de wil, en zo minder afhankelijk te worden van onze begeerten, die ons kunnen leiden tot verkeerde daden.

De Catechismus zegt hierna nog iets heel belangrijks: Dit kunnen we alléén maar met Gods genade bereiken. Vergeet dus absoluut niet, als je hier sterker in wil worden, Hem erbij te betrekken! We kunnen het gewoon niet alleen, en gelukkig staat Hij altijd klaar om ons te helpen. Maar, dit betekent niet dat we lekker achterover kunnen gaan zitten en onze gevoelens en gedachten de vrije loop kunnen laten, want als God wil dat ik zuiver word, dan geeft Hij me die genade toch vanzelf wel. Nee, God vraagt altijd wanneer Hij ons genade wil geven, om onze medewerking. Wij kunnen het niet alleen, maar Hij ook niet. De Catechismus geeft hier vier puntjes waardoor wij kunnen meewerken met deze genade.

Deugd van kuisheid
De deugd van kuisheid wil zeggen dat je wil sterker is dan je verlangens.
Dus als je die taart ziet, en je gevoel zegt: lekker! Maar je verstand zegt: niet doen, je krijgt buikpijn!, dan is het waarschijnlijk het beste om naar je verstand te luisteren. Maar dat is echt niet altijd makkelijk, en soms vraagt dat echt heel veel zelfbeheersing. Kuisheid is ook een deugd, omdat dat ook zelfbeheersing vraagt. Net als de deugd van matigheid, wanneer je het gewoon bij 1 stukje taart kunt houden. Zo kun je de deugde op ieder gebied van je leven toepassen. En het leuke is, dat wanneer je sterker wordt in 1 deugd, de andere deugden ook groeien. Ze zijn allemaal met elkaar verbonden.

Even een praktisch voorbeeld:
Je denkt bij jezelf: ik wil graag zuiver leven, en geen seks voor het huwelijk hebben. Maar ik denk ook dat het heel moeilijk gaat worden, omdat ik mezelf soms moeilijk kan inhouden. Dan kun je oefenen. Je kunt de deugd van de kuisheid al oefenen zonder dat je een vriend hebt. Door te proberen jezelf in te houden op andere gebieden, zoals bijvoorbeeld minder taart eten op verjaardagen.

Een deugd werkt een beetje hetzelfde als een muziekinstrument spelen. Als je oefent, wordt je er beter in. Je zal het nooit perfect kunnen, want wanneer speel je perfect viool? Het zal altijd een weg blijven, maar, net als bij een instrument, is het oefenen eigenlijk het hele viool spelen. Je wil beter worden, maar je hebt niet een duidelijk eindpunt in zicht. Eigenlijk de weg is het mooiste! En je zult merken dat wanneer je oefent, het steeds een beetje makkelijker gaat.

Zuiverheid van de intentie
Zo werkt het ook met de zuiverheid van de intentie. Dit wil zeggen dat je bij alles wat je doet, al je keuzes, bij jezelf nagaat of dit zou zijn wat God zou willen dat je doet. Stel jezelf de vraag: ‘Wat zou Jezus in dit geval doen?’ Als je dan eerlijk bent tegen jezelf en echt probeert te doen wat je denkt dat het goede is, dan is je intentie zuiver.

Zuiverheid van blik
De zuiverheid van blik is een punt dat al iets dieper gaat. Dit gaat echt om het sturen van onze gedachten. We kunnen ons erin trainen om zelfs te proberen onze gedachten zuiver te houden. Als we bijvoorbeeld een ondergoedreclame zien van een gespierde man, kan het soms zijn dat we een beetje door kunnen gaan fantaseren over hoe het zou zijn als dat je vriend was (bijvoorbeeld). Deze fantasieën leiden nergens toe, sterker nog, ze geven je een vertekend beeld van de werkelijkheid. Dit zijn gedachten die je van God en van de zuiverheid af kunnen brengen. Zelfs al is het op het eerste gezicht onschuldig, en doe je er niemand kwaad mee. Maar wanneer je probeert om de zuiverheid te beleven op alle gebieden in je leven, dan geef je steeds minder ruimte aan de zonde en blijf je altijd heel dicht bij onze Heer. Dan zal je ook scherp blijven zien wat wel en niet goed is.

Gebed
Dit alles kan natuurlijk niet zonder de hulp van God, dus daarom is vooral het gebed onmisbaar. Het kan heel erg helpen om iedere dag iets kleins te bidden, direct voor de zuiverheid. Dit kan een schietgebedje zijn: ‘Heer, maak mijn hart zuiver’. Dit kunnen ook bijvoorbeeld drie weesgegroetjes zijn voor het slapen gaan, waarin je aan Maria hulp vraagt bij deze strijd. Raak nooit ontmoedigd, we zullen het nooit perfect kunnen en we blijven mensen. God kijkt niet naar hoe perfect je het doet, maar naar of je het probeert. Als je het probeert, helpt Hij je. En als het niet lukt, mogen we áltijd, echt altijd opnieuw beginnen. Hij vergeeft ons en wil zo graag dat we bij Hem blijven komen.

Wil je op de hoogte blijven?

Wil je op de hoogte blijven van nieuwe blogs, evenementen en ander nieuws aangaande het project? Vul dan je e-mail in, en je ontvangt een wekelijkse update met alle nieuwtjes! 

Je gegevens zijn veilig en worden niet aan derden bekend gemaakt.

Geabonneerd - kijk uit naar de bevestigingsmail!